Onlangs viel bij ons een brief op de mat van mijn pensioenfonds. Daarop de waarschuwende woorden: ‘gaat u met pensioen op uw 68e?’. Verdorie, dacht ik, het was tot nu toe toch dat je met je 67e met pensioen mag gaan en ik ben inmiddels 58.
Ik ben naar de website gegaan en daar kon ik uitrekenen op welke leeftijd ik op dit moment met pensioen kan gaan, want wanneer je met pensioen mag gaan, weet je pas als je met pensioen bent. Tenminste, zo voelt het.
Wat blijkt: ‘As we speak’ mag ik met pensioen als ik 67,5 jaar ben. Ik heb dus nog negen jaar en twee maanden te gaan. Nu maar hopen, dat ik gezond die leeftijd mag halen, want ook wat dat betreft is niets zeker. Ons pensioenstelsel blijkt fantastisch te zijn, ten opzichte van andere (Europese) landen. Maar mocht je qua werk, om wat voor reden dan ook, buiten de boot vallen, dan heb je een serieus probleem. Ons systeem is niet ingericht om dat soort problemen te tackelen. De eerste maanden gaat nog, want je krijg WW. Die is weliswaar versoberd, maar als je maar lang genoeg gewerkt hebt voordat je je baan bent kwijtgeraakt, krijg je twee jaar lang een WW uitkering. Mits je aan je verplichtingen voldoet, zoals bijvoorbeeld de sollicitatieplicht.
Daarna kom je in de bijstand terecht en dan ben je aan de (Haagse) goden overgeleverd. Dan moet je eerst je eigen vermogen opsnoepen en daar horen de stenen van je eigen huis ook bij en de verzekeringen die je hebt afgesloten om onbezorgd (er) van je oude dag te genieten.
Je was er dus bijna, maar op de streep word je ingehaald. Weg appeltje voor de dorst. Natuurlijk wil je graag werken, maar waarvoor je bent opgeleid, daar is geen werk meer beschikbaar. Of ze vinden je te oud. Of je kwakkelt dermate omdat je door je zware baan jarenlang roofbouw hebt gepleegd op je lichaam. De kans dat een 60-plusser weer ander werk krijgt, blijkt niet meer dan 3%.
Wat zou het dan mooi zijn om een extra vangnet te hebben als je ouder dan zestig jaar bent. Ik ben zeer gecharmeerd van het basisinkomen, zoals Annemarie van Gaal in de Telegraaf schreef vorig jaar. Zij stelt een basisinkomen voor van ongeveer 1.000 euro per maand voor de werkeloze 60-plusser. Hiermee vervalt de AOW en alle toeslagen. En alle verplichtingen en beperkingen, die de werkeloze krijgt als hij of zij een uitkering aanvraagt.
U hoeft niet meer te solliciteren. U mag het vrijwilligerswerk gaan doen dat u graag wilt. Of u gaat met anderen samenwonen om de woonlasten te beperken; u krijgt het UWV niet meer op uw dak dat u een partner heeft, die werkt en dat uw uitkering gekort wordt. U kunt parttime gaan zorgen voor uw kleinkinderen als u dat wilt of u gaat een paar uur per week werk doen, wat u leuk vindt. Misschien verdient dat wat minder, maar u doet wat u het liefste zou willen doen.
Wat kost dat wel niet, hoor ik u nu denken. Een basisinkomen voor werkloze volwassenen boven de zestig kost 48 miljard per jaar. Maar we besparen AOW-, andere uitkeringen en toeslagen. Bij elkaar zo’n 42 miljard euro. Daarnaast kunnen we dan meteen alle uitkeringsorganisaties afslanken en alle bedrijven, die veel verdienen aan allerlei verplichte re-integratiecursussen voor werkelozen. En het allerbelangrijkste, u heeft als zestigplusser veel minder zorgen en stress. Men verwacht dat een basisinkomen ongeveer 8,5% aan zorgkosten kan besparen. Op dit moment kost de zorg ons 95 miljard per jaar, dus reken maar uit!
Helaas wilt het kabinet er (nog) niet aan. Men vind het te duur, maar vergeten dat het huidige systeem ook niet goedkoop is en behoorlijk ineffectief. Wilt u meer hierover lezen. Op de website https://www.stopdebankiers.com/basisinkomen-60-plussers-wil-er-kabinet/ staat een uitgebreid artikel over de vele voordelen van een dergelijk basisinkomen.
Gerard van Daalen